In de vorige blogpost las je over het leven van Eva Crane en hoe zij de bijenwereld opende voor de wetenschap en de imker. In de laatste zestig jaar van haar leven heeft zij de bezielende leiding gevoerd over de International Bee Research Association, richtte ze Apicultural Abstracts en Journal of Apicultural Research op, was ze secretaris bij de British Beekeepers Association en was ze redacteur bij Bee World.
In 2007 overleed Crane op 95-jarige leeftijd. In eerste instantie is de hoge leeftijd die ze bereikte verbazend, als je bedenkt dat de jonge Eva vaak van school moest thuisblijven vanwege ziekte. Ze groeide op in Dulwich (Zuid-Londen). Na haar middelbare schooltijd won ze een beurs om wiskunde te gaan studeren aan het King’s College in Londen, wat ze in twee jaar afrondde. Een masterstudie kwantummechanica volgde, en daarna een PhD in kernfysica. Ze was toen 26 jaar oud. Drie jaar later, in 1941, kreeg ze een vaste positie als lector in de natuurkunde aan de universiteit van Sheffield, maar in 1942 werd haar interesse voor bijen geprikkeld. En deze interesse zou haar niet meer loslaten.
Zoals je vorige week kon lezen was Crane gedurende 35 jaar redacteur voor Bee World en hield ze 34 jaar lang Apicultural Abstracts bij, het grootste verzamelwerk van samenvattingen van wetenschappelijk onderzoek naar bijen. Maar dit waren niet de enige tijdschriften met Eva Crane aan het roer. Naast haar werk voor deze bladen richtte ze in 1962 een nieuw wetenschappelijk tijdschrift op. Met het Journal of Apicultural Research gaf ze wetenschappers die onderzoek deden naar bijen een platform, die dat in de mainstream tijdschriften niet hadden. Hiermee maakte Crane een heel nieuwe tak van sport mogelijk en werden de deuren naar de wereld van de bijen opengezwaaid.
Eva Crane was erg gedreven in haar onderneming. Haar wetenschappelijke onderzoek naar bijen was haar levenswerk en bracht haar in meer dan zestig verschillende landen. Overal waar ze kwam observeerde ze het leven van de lokale bevolking en deed ze onderzoek. Hierdoor weten we bijvoorbeeld dat de oude Egyptenaren al wisten dat ze rook konden gebruiken om de bijen onder controle te houden en hoe ze de bijen op de meest efficiënte wijze moesten laten bouwen. Crane schrijft hierover in haar artikel A short history of knowledge about honey bees up to 1800.
In totaal heeft Eva Crane meer dan 180 publicaties op haar naam staan, waaronder artikelen, papers en boeken. De mastodontische werken Bees and Beekeeping: Science, Practice and World Resources (1990) en The World History of Beekeepingand Honey Hunting (1999) worden gezien als standaardwerken binnen de bijenwetenschap.